Wie: Piet en Tinie (ivm maatregelen COVID19, alleen Tinie telefonisch gesproken)
Woonplaats: Zuurdijk
Type huis: Boerderij
Hebben te maken met: NAM, arbiter, TCMG
Piet en Tinie wachten. En ze wachten al een poosje. De inspectie na hun tweede en derde schademelding uit 2018 kwam er om verschillende redenen steeds maar niet van. En ook de eerste schade hebben ze niet helemaal kunnen herstellen van de toegekende schadevergoeding. Meestal staan ze er nuchter in, maar het geduld wordt wel op de proef gesteld. Op 2 april zou de schade worden geïnspecteerd, maar de corona-crisis gooide roet in het eten, alle opnames werden geannuleerd. Tinie: ‘Ik snap het wel, maar ook weer niet. Ons huis is groot genoeg, afstand houden moet volgens mij wel lukken.’
Eerste schade
De aardbeving bij Huizinge in 2012 was ook voor Piet en Tinie de start van de ellende. ‘Ik hoorde een enorme dreun. Wat kon dat nou zijn? Was er een vrachtwagen tegen het huis geknald? Ik ben buiten gaan kijken, maar zag niks, ik moest het me verbeeld hebben. Ik dacht helemaal niet aan aardbevingen, dat speelde hier niet. Ik was dus ook laat met het melden van de eerste schade, want die was er wel, er zaten grote scheuren in het stucwerk bij de voordeur en bij de uitbouw. Maar we stonden meteen al achteraan in de rij.’
Er kwam een aanbod van de NAM voor schadevergoeding. Tinie: ‘Ik was inmiddels door alle verhalen wel alerter, dus we vroegen een second opinion en er bleek echt veel meer nodig.’
De arbiter moest eraan te pas komen en JBG kwam om een calculatie te maken. Tinie denkt nog vaak terug aan de ronde door en om de boerderij met de inspecteurs en de calculator van JBG. ‘Wat zij vertelden klonk me als muziek in de oren. Ze waren het met me eens dat niet alleen een stuk met grote scheuren opnieuw gestukt moest worden, maar ook de rest, zodat het een eenheid zou blijven. Achteraf heb ik spijt dat ik het niet heb opgenomen, of beter heb opgelet op kleine opmerkingen die me later pas weer te binnen schoten. Dingen als: “het is misschien niet helemaal genoeg.”
Piet en Tinie waren blij met de toegekende schadevergoeding die ruim vier keer zo hoog was als de NAM eerst bood. ‘We hadden duidelijkheid en waren eindelijk van de NAM af. We zijn meteen aan het herstel begonnen. Het stukwerk als eerste, zonder te kijken of de gekozen offerte overeenkwam met de calculatie, ik vertrouwde erop dát het overeen zou komen. Daarna vroeg ik offertes aan voor het belangrijkste deel van de rest. Toen ben ik erg geschrokken, want het viel allemaal veel hoger uit. Aan de prijs van het uitgevoerde werk kon ik niets meer veranderen, maar de rest ligt nog te wachten. Nu denk ik dat we te makkelijk akkoord zijn gegaan met die calculatie. Al die getallen zeiden ons niet zoveel en ze lieten zich ook niet 1 op 1 vertalen naar de offerte van de aannemer.
Ondertussen had Tinie nieuwe schade gemeld bij CVW en later nog een keer bij TCMG, want de scheurvorming ging gewoon door. Tinie: ‘Maar dat schiet dus niet op. Soms is mijn geduld op en bel ik er achteraan om te vragen waar het wachten op is. Eerst waren er veel wachtenden, toen niet genoeg gespecialiseerde inspecteurs, vervolgens bleken ze af te wachten of we ons zouden melden voor de stuwmeerregeling, terwijl ik al had aangegeven dat we meer schade hebben dan 10.000 Euro. En toen er eindelijk een datum was, gooide Corona roet in het eten. Na deze inspectie, hopelijk binnen afzienbare tijd, zijn we er nog niet vanaf, want we weten nu al dat de mestkelder nog niet wordt meegenomen, omdat daarvoor nog geen passend protocol is.’
Tinie schakelde Stut-en-Steun in voor advies. ‘Die hebben ons echt goed geholpen, alle papieren samen met ons doorgenomen om alles van meerdere jaren op een rij te zetten. Eerst bij de arbiter en toen bij de stuwmeerregeling. Als de inspectie komt, zal er waarschijnlijk ook iemand van Stut-en-Steun een deel van de tijd bij zijn.’
De derde schademelding is aan de tweede toegevoegd. ‘Daarna heb ik niks meer gemeld. Eerlijk gezegd wil ik niet steeds op zoek naar schade of precies bijhouden hoe groot of diep de scheuren nu zijn. Ik wil er gewoon niet steeds mee bezig zijn. Maar ik laat voorlopig niets meer herstellen, ik wil geen bewijs kwijtraken. Het wachten is op de inspectie.’
‘We voelen ons wel veilig in ons huis. Of dat helemaal terecht is weet ik niet. Er ligt geen versterkingsadvies voor dit gebied, maar de ondergrond kan bij ons natuurlijk anders zijn dan verderop. En je ziet niet alles, misschien is er onzichtbare schade achter de schrootjes? Onder de grond? We weten het niet. Ook daar denken we maar niet te veel over na. Het steeds uitstellen voelt als traineren zodat het straks niet meer hoeft of er geen geld meer is. En al die verschillende regelingen voelen als verdeel en heers. Nee, vertrouwen in de overheid en de rechtsstaat hebben we echt al heel lang niet meer. Maar hopelijk bewijzen “ze” dat we ongelijk hebben en komt alles toch nog goed.’